In februari publiceerde de Vlabel slechts één voorafgaande beslissing: VB 24055, die betrekking heeft op de onrechtstreekse schenking via beding ten behoeve van derde via maatschap – een inmiddels goed gekend thema.
Zie deze recente overzichten over de schenking via inbreng in een maatschap: link, link, link, link en link. Een meer theoretische toelichting over de onrechtstreekse schenking en de maatschap, inclusief geldigheidsvoorwaarden, vindt u in dit artikel.
In deze voorafgaande beslissing wensen aanvragers bevestiging dat de inbreng-schenking bij overlijden van de ouder niet aan erfbelasting wordt onderworpen op basis van:
- Artikel 2.7.1.0.3, 3° VCF;
- Artikel 2.7.1.0.1 VCF;
- Artikel 2.7.1.0.2 VCF;
- Artikel 2.7.1.0.7 VCF;
- Artikel 2.7.1.0.9 VCF;
- Artikel 2.7.1.0.5 VCF, althans indien de schenker nog minstens 3 jaar leeft;
- Artikel 2.7.1.0.6 VCF, althans indien de schenker nog minstens 3 jaar leeft na de oprichting van de maatschap;
- Artikel 2.8.1.0.1 VCF;
- Artikel 3.17.0.0.2 VCF;
- Of enige andere bepaling.
Een breed scala aan bepalingen uit de VCF dus. Van sommige weten we al dat de Vlabel consequent bevestigt dat ze niet van toepassing zijn, zoals bv. artikel 2.7.1.0.6 VCF.
Daarnaast vroegen de aanvragers bevestiging dat de winstreservatie binnen de maatschap niet aan erfbelasting onderworpen zou zijn op basis van artikel 2.7.1.0.5 VCF, al dan niet in samenlezing met artikel 3.17.0.0.2 VCF. SP0067 is niet van toepassing, zo oordeelt de VLABEL, omdat er geen sprake is van een gesplitste inschrijving. Ook is intussen een ‘vaste’ beslissing van de VCF, waardoor je je kunt afvragen waarom men de vraag nog stelt in deze situaties.
De Vlabel heeft geoordeeld dat geen toepassing wordt gemaakt van de bovenvermelde artikelen, waardoor de gevraagde verrichtingen niet aan erfbelasting onderworpen zullen zijn. Wel merkte de Vlabel op dat zij geen uitspraak kan doen over federale bepalingen, zoals de registratieplicht van akten opgenomen in artikel 2.8.1.0.1 VCF. Om deze reden kan het besluitvormingsorgaan zich niet uitspreken over de toetsing van artikel 3.17.0.0.2 VCF aan bepalingen uit het federale wetboek die onder artikel 2.8.1.0.1 VCF vallen. Dat is intussen al algemeen geweten. Ook deze vraag laat men dus beter achterwege.
In deze voorafgaande beslissing geeft men nieuwe aandelen uit aan de kinderen. We blijven benadrukken dat deze techniek civielrechtelijk niet geldig is. Voor de nieuw verkregen aandelen is een notariële schenking noodzakelijk. De uitgebreide argumentatie staat in dit artikel.
De Vlabel is positief over de maatschap in de zin van artikel artikel 2.7.1.0.3, 3e VCF. Recent waren er weer enkele negatieve beslissingen op dit punt. Belangrijk in deze ruling is dat de ouder geen beslissingsrecht hebben op het niveau van de algemene vergadering. Enkel een blokkeringsboevoegdheid. Ook zouden de kinderen mee aangeduid zijn als zaakvoerder.
June, 30 maart 2025.